Algemeen
30.07.2020
3 min om te lezen

Rechtbank Amsterdam 16 juli 2020: kledingwinkel niet aansprakelijk ex artikel 7:658 BW voor hoofd stoten tegen kledingstang

Een werkneemster van Primark is op 2 maart 2017, terwijl zij kleding van de paskamers terugbracht naar hun plaats in de winkel, met de linkerkant van haar hoofd tegen het uiteinde van een metalen kledingstang aangekomen. Als gevolg hiervan heeft de werkneemster onder andere letsel aan het oog opgelopen, waardoor zij een jaar arbeidsongeschikt is geweest, medische kosten heeft gemaakt en binnen en buiten een zonnebril moet dragen.

Is Primark als werkgever aansprakelijk voor de schade die haar werkneemster heeft geleden? De werkneemster meent dat Primark tekort is geschoten in de zorg die op haar rust op grond van artikel 7:658 lid 1 BW. Volgens de werkneemster maakt Primark gebruik van kledingrekken met een uitstekende metalen punt en van Primark mag worden verlangd dat zij een rubberen dop of knop op die uitstekende punt zou hebben geplaatst. Daarnaast heeft Primark nagelaten om een training of instructies te geven ter voorkoming van ongevallen op de werkvloer.

Primark ontkent aansprakelijk te zijn omdat er sprake is van een huis- tuin- en keuken-ongeval. Volgens Primark heeft de werkneemster eenvoudigweg niet goed opgelet en hoefde Primark niet te waarschuwen voor het risico dat men ergens tegenaan kan lopen. Daar komt bij dat de kledingstangen niet alleen in alle vestigingen van Primark over de hele wereld worden gebruikt, maar ook in vele andere kledingwinkels. De werkneemster was bovendien bekend met de kledingstangen en het plaatsen van rubberen doppen zou het ongeval niet hebben voorkomen.

De rechtbank oordeelt eerst dat niet vaststaat dat de klachten van de werkneemster zijn ontstaan doordat zij haar hoofd heeft gestoten tegen een kledingstang. In het dossier is nauwelijks iets te vinden over de toedracht van het ongeval. Er zijn videobeelden overlegd waarop te zien is dat de werkneemster met kleding naar een kledingstang loopt. Daar buigt zij zich naar voren, richt zich direct weer op en loopt weg in de richting waar zij vandaan kwam. Primark en de werkneemster zijn het er over eens dat de werkneemster zich heeft gestoten tegen de kledingstang, maar niet vaststaat dat de klachten van werkneemster hierdoor zijn ontstaan. Zo dateren de oudste in het dossier aanwezige medische stukken bijvoorbeeld van een week na het ongeval.

Volgens de rechtbank maakt dit echter niet uit: “Ook als de kantonrechter ervan zou uitgaan dat de klachten van werkneemster zijn veroorzaakt door dat zij haar hoofd heeft gestoten tegen een kledingstang, wat nog niet vaststaat, dan is er nog geen grond om Primark daarvan een verwijt te maken.” De rechtbank oordeelt dat ten eerste niet vaststaat dat de werkneemster met haar oog tegen het scherpe uiteinde van de kledingstang is gekomen. Dit is op de video niet te zien. Ten tweede oordeelt dat rechtbank dat het uiteinde helemaal niet scherp is, zodat er geen risicovolle situatie is waarvoor de Primark had moeten waarschuwen of die Primark had moeten voorkomen. Bovendien heeft de werkneemster niets aangevoerd waaruit kan worden afgeleid dat het allemaal anders was afgelopen als Primark de uiteinden van de kledingstangen van rubberen doppen had voorzien. De conclusie van de rechtbank luidt dat Primark niet aansprakelijk is voor de gevolgen van het ongeval op 2 maart 2017.